Zoekresultaten (20)

Getallen tot 10: Memory

Getallen tot 10: Memory

Taalinitiatie Frans met een memory over de getallen tot tien.

Geschikt voor: lager 1e t.e.m. 4e leerjaar

Leergebied: Frans

Interactieve oefening: memory

Gedeeld door Bianca Ceulemans

Getallen tot 10: Memory

Les jours de la semaine: Exercice

Les jours de la semaine: Exercice

Oefen de dagen van de week door de juiste vertaling in de juiste zin te slepen.

Geschikt voor: lager 3e t.e.m. 4e leerjaar

Leergebied: Frans

Interactieve oefening: sleep- of sorteeroefening

Gedeeld door Sofie Demets

Les jours de la semaine: Exercice

Les jours de la semaine: Exercice (2)

Les jours de la semaine: Exercice (2)

Oefen de dagen van de week in door het juiste antwoord aan te duiden.              

Geschikt voor: lager 3e t.e.m. 4e leerjaar

Leergebied: Frans

Interactieve oefening: meerkeuzevraag

Gedeeld door Sofie Demets

Les jours de la semaine: Exercice (2)

Chansons pour apprendre: Liedjes over tegenstellingen, lichaamsdelen, boodschappen doen

Chansons pour apprendre: Liedjes over tegenstellingen, lichaamsdelen, boodschappen doen

Deze playlist bevat verschillende Franse liedjes. Door het zingen van Franse liedjes leer je woordenschat rond:

  • lichaamsdelen,
  • boodschappen doen,
  • tegenstellingen,
  • richtingen,
  • zich klaarmaken 's ochtends,
  • ...

Geschikt voor: lager

Leergebied: Frans, muzische vorming

Video: liedje

Gedeeld door Lies Van Laere

Chansons pour apprendre: Liedjes over tegenstellingen, lichaamsdelen, boodschappen doen

Les souliers de Saint Nicolas: Histoire pour enfants

Les souliers de Saint Nicolas: Histoire pour enfants

Video waarbij het verhaaltje Les souliers de Saint Nicolas wordt voorgelezen. Leerlingen kunnen het verhaaltje meevolgen aan de hand van de afbeeldingen.

Geschikt voor: lager

Leergebied: Frans

Video: opname schoolactiviteit (musical, uitstap …), opname computerinstructie (screencast)

Gedeeld door Nina Roland

Les souliers de Saint Nicolas: Histoire pour enfants

Met welke vinger typ je de letter: Flitskaarten

Met welke vinger typ je de letter: Flitskaarten

Met deze flitskaarten oefen je de leerstof uit les 1 tot 5 van de methode typ10.

Je ziet een afbeelding van een woord. Met welke vinger typ je de beginletter van het woord? Typ je met de linker- of rechterhand? Op welke rij staat de letter?

Als je klikt op oefenen, kan je aanduiden of jouw antwoord juist of fout was. Op het einde zie je dan hoeveel oefeningen je correct had. Je kan de hele lijst opnieuw oefenen of enkel oefenen met de oefeningen die je nog fout had.

Geschikt voor: lager 4e t.e.m. 6e leerjaar

Leergebied: dactylo

Interactieve oefening: flashcard

Gedeeld door Ann De Naegel

Met welke vinger typ je de letter: Flitskaarten

Met welke vinger typ je de letter: Flitskaarten

Met welke vinger typ je de letter: Flitskaarten

Met deze flitskaarten oefen je de leerstof uit les 4 van de methode typ10.

Je ziet een afbeelding van een woord. Met welke vinger typ je de beginletter van het woord? Typ je met de linker- of rechterhand? Op welke rij staat de letter?

Als je klikt op oefenen, kan je aanduiden of jouw antwoord juist of fout was. Op het einde zie je dan hoeveel oefeningen je correct had. Je kan de hele lijst opnieuw oefenen of enkel oefenen met de oefeningen die je nog fout had.

Geschikt voor: lager 4e t.e.m. 6e leerjaar

Leergebied: dactylo

Interactieve oefening: flashcard

Gedeeld door Ann De Naegel

Met welke vinger typ je de letter: Flitskaarten

Met welke vinger typ je de letter: Flitskaarten

Met welke vinger typ je de letter: Flitskaarten

Met deze flitskaarten oefen je de leerstof uit les 5 van de methode typ10.

Je ziet een afbeelding van een woord. Met welke vinger typ je de beginletter van het woord? Typ je met de linker- of rechterhand? Op welke rij staat de letter?

Als je klikt op oefenen, kan je aanduiden of jouw antwoord juist of fout was. Op het einde zie je dan hoeveel oefeningen je correct had. Je kan de hele lijst opnieuw oefenen of enkel oefenen met de oefeningen die je nog fout had.

Geschikt voor: lager 4e t.e.m. 6e leerjaar

Leergebied: dactylo

Interactieve oefening: flashcard

Gedeeld door Ann De Naegel

Met welke vinger typ je de letter: Flitskaarten

Met welke vinger typ je de letter: Flitskaarten

Met welke vinger typ je de letter: Flitskaarten

Met deze flitskaarten oefen je de leerstof uit les 1 tot 4 van de methode typ10.

Je ziet een afbeelding van een woord. Met welke vinger typ je de beginletter van het woord? Typ je met de linker- of rechterhand? Op welke rij staat de letter?

Als je klikt op oefenen, kan je aanduiden of jouw antwoord juist of fout was. Op het einde zie je dan hoeveel oefeningen je correct had. Je kan de hele lijst opnieuw oefenen of enkel oefenen met de oefeningen die je nog fout had.

Geschikt voor: lager 4e t.e.m. 6e leerjaar

Leergebied: dactylo

Interactieve oefening: flashcard

Gedeeld door Ann De Naegel

Met welke vinger typ je de letter: Flitskaarten

Noël: Interactieve afbeelding

Noël: Interactieve afbeelding

Klik op de afbeelding rond het thema kerstmis om het juiste woord te zien of de juiste uitspraak van het nieuwe woord te horen.

Geschikt voor: lager 3e t.e.m. 6e leerjaar

Leergebied: Frans

Interactieve oefening: interactieve afbeelding, flashcard

Gedeeld door Greet Demuynck

Noël: Interactieve afbeelding

Verfijn de resultaten