Thema 1 : onderzoek wat er over het onderwerp wordt gezegd.

Schrijf op wat er over de zinnen gevraagd wordt.
© Jan Aerts 2013

Klik hier voor meer uitleg
krant.gif



1. Ieder kind krijgt voldoende en gezond voedsel.

Over wie of waarover wordt er iets gezegd in de zin ?
Onderwerp :
Wat wordt er over het onderwerp gezegd ?
Rest van de zin :
Welke zinsdelen in de rest van de zin zeggen wat het onderwerp doet of wat ermee gebeurt ?



2.Goede ouders verzorgen hun kinderen
Over wie of waarover wordt er iets gezegd in de zin ?
Onderwerp :
Wat wordt er over het onderwerp gezegd ?
Rest van de zin :
Welke zinsdelen in de rest van de zin zeggen wat het onderwerp doet of wat ermee gebeurt ?


3. Kinderen vragen een groene buurt om te ravotten.
Over wie of waarover wordt er iets gezegd in de zin ?
Onderwerp :
Wat wordt er over het onderwerp gezegd ?
Rest van de zin :
Welke zinsdelen in de rest van de zin zeggen wat het onderwerp doet of wat ermee gebeurt ?


4. In dit land is de mening van een kind belangrijk.
Over wie of waarover wordt er iets gezegd in de zin ?
Onderwerp :
Wat wordt er over het onderwerp gezegd ?
Rest van de zin :
Welke zinsdelen in de rest van de zin zeggen wat of hoe het onderwerp is of wordt ?

Welke zinsdelen in de rest van de zin geven een antwoord op de vraag waar ?


5. Zijn de rechten van het kind voor jou belangrijk ?
Over wie of waarover wordt er iets gezegd in de zin ?
Onderwerp :
Wat wordt er over het onderwerp gezegd ?
Rest van de zin :
Welke zinsdelen in de rest van de zin zeggen wat of hoe het onderwerp is of wordt ?

Welke zinsdelen in de rest van de zin geven een antwoord op de vraag voor wie ?