Procentberekening
Gebruik de regel van drie. Noteer de correcte antwoorden op een blaadje papier. Deze heb je steeds nodig!
- 13 leerlingen
- 26 leerlingen
- 37 leerlingen
- 40 leerlingen
- 59 leerlingen
13 leerlingen in procent omzetten: afronden op één cijfer na de komma!
26 leerlingen in procent omzetten: afronden op één cijfer na de komma!
37 leerlingen in procent omzetten: afronden op één cijfer na de komma!
40 leerlingen in procent omzetten: afronden op één cijfer na de komma!
59 leerlingen in procent omzetten: afronden op één cijfer na de komma!
Zet het procent van vraag 1 (13 leerlingen) om in een cirkeldiagram (360°): getallen afronden zonder komma!
Zet het procent van vraag 2 (26 leerlingen) om in een cirkeldiagram (360°): getallen afronden zonder komma!
Zet het procent van vraag 3 (37 leerlingen) om in een cirkeldiagram (360°): getallen afronden zonder komma!
Zet het procent van vraag 4 (40 leerlingen) om in een cirkeldiagram (360°): getallen afronden zonder komma!
Zet het procent van vraag 5 (59 leerlingen) om in een cirkeldiagram (360°): getallen afronden zonder komma!
Zet het procent van vraag 1 (13 leerlingen) om in een staafdiagram (15cm): getallen afronden op één cijfer na de komma!
Zet het procent van vraag 2 (26 leerlingen) om in een staafdiagram (15cm): getallen afronden op één cijfer na de komma!
Zet het procent van vraag 3 (37 leerlingen) om in een staafdiagram (15cm): getallen afronden op één cijfer na de komma!
Zet het procent van vraag 4 (40 leerlingen) om in een staafdiagram (15cm): getallen afronden op één cijfer na de komma!
Zet het procent van vraag 5 (59 leerlingen) om in een staafdiagram (15cm): getallen afronden op één cijfer na de komma!