Eten
Vertaal de woorden tussen haakjes.
Je (zou willen)
du pain.
J'ai (zin)
de chocolat.
Je voudrais (eten)
des spaghettis.
J' (heb gegeten)
de la viande.
Je voudrais (frieten)
.
J'ai mangé (chocolade)
.
Je mange (sla)
.
Controleer
Hint
OK