MENSELIJK LEEFMILIEU. De wereld in delen.

Van dorp en stad tot land en continent

Gehucht

Een gehucht is een kleine woonplaats. De betekenis van gehucht kent een aantal kanten. Zo staat het voor een dorp dat – door degene die het een gehucht noemt – te klein wordt gevonden om dorp genoemd te worden en staat het voor een buurtschap die op een bepaald niveau wel een erkende eigen plaats is.
Gehuchten zijn net als buurtschappen vaak ontstaan in de volksmond als benaming voor de locatie van een verzameling van huizen/boerderijen of molens, ook wel een nederzetting genoemd, maar in tegenstelling tot buurtschappen zijn gehuchten wel opgenomen in de officiële staatkundige annalen als zelfstandige plaatsen.
Het traditionele onderscheid tussen een buurtschap of gehucht enerzijds en een dorp anderzijds is dat de eerste geen kerk bevatten en het laatste wel. Maar ook de grootte van de woonplaats wordt als scheiding gebruikt. De term "buurt met dorpsrechten" houdt in dat er vroeger een kerk in de buurtschap heeft gestaan, maar dat die opgeheven is.
Een ander verschil tussen een buurtschap en gehucht is dat buurtschappen meestal een naam kennen die aan ofwel de gebiedsnaam is ontleend ofwel aan prominente gebouwen of dijken en wegen (meestal waar men de kern naast of op heeft gebouwd), terwijl gehuchten veelal een eigen naam hadden. Tegenwoordig is dat onderscheid niet meer zo scherp.

Dorp

Een dorp is een kleine nederzetting. Dorpen worden aangetroffen in landelijk gebied en waren tot de industriële revolutie en de daarmee gepaard gaande verstedelijking de meest voorkomende woonvorm. In bestuurlijke kringen worden dorpen in al hun verscheidenheid vaak aangeduid als 'kleine kernen'. Een dorp wordt niet in absolute zin gedefinieerd door bijvoorbeeld het aantal woningen of inwoners.
Een relatieve definitie is:
een dorp is groter dan een gehucht of buurtschap, maar kleiner dan een vlek en nog kleiner dan een stad. Het al of niet voorkomen van een kerk helpt ook een onderscheid te maken:
een dorp bezit een kerk met kerkgebouw, behorend tot een parochie (Rooms-Katholiek) of kerkelijke gemeente (Protestants) waar tevens een of meer nabijgelegen gehuchten onder vallen. Men spreekt dan van een kerkdorp.

Soorten dorpen

In het Nederlandse landschap kunnen dorpse nederzettingen worden ingedeeld naar hun oorspronkelijke nederzettingstype:

esdorp of brinkdorp naast hoger gelegen akkercomplexen, die essen worden genoemd en rond een brink, bijvoorbeeld Vledder
dijkdorp aan een dijk, bijvoorbeeld Broek op Langedijk of ooit Leiden.
kerkdorp rond een enkele kerk, bijvoorbeeld Linne in Nederlands Limburg.
ringdorp, bijvoorbeeld Renesse
terpdorp of wierdedorp op een terp of wierde, bijvoorbeeld ooit Bolsward
wegdorp langs een weg, bijvoorbeeld Langezwaag
voorstraatdorp, voornamelijk in Zeeland en Zuid-Holland, bijvoorbeeld Stavenisse

Zie ook.
Dorpen in Nederland. Klik hier.
Een grensdorp is een dorp dat zich bevindt in twee of meerdere geografische gebieden.

Deelgemeenten

Een deelgemeente is in België het grondgebied van de voormalige gemeenten voor de grote gemeentelijke herindeling van 1977. Binnen een fusiegemeente liggen net zoveel deelgemeenten als gemeenten waaruit de fusiegemeente ooit is ontstaan. Een voormalige gemeente mag zich deelgemeente noemen als het een onafhankelijke gemeente was op 1 januari 1961, de officiële startdatum van de grote herenigingsoperatie.

Districten

In België mogen steden met meer dan 100.000 inwoners hun deelgemeenten districten noemen, voorzien van een eigen districtsraad. Enkel Antwerpen maakt momenteel van dit recht gebruik. In tegenstelling tot de deelgemeenten in de rest van het land vormen de districten een bestuurslaag. Ze worden bestuurd door het districtscollege en de inwoners worden vertegenwoordigd door de districtsraad. De Antwerpse districten zijn dan ook te vergelijken met de Amsterdamse en Rotterdamse deelgemeenten.

Districten in Antwerpen. Klik hier.

Een deelgemeente is in Nederland de laagste bestuurslaag in een gemeente. In de Gemeentewet is geregeld dat een gemeente een aantal deelgemeenten kan instellen.
Amsterdam en Rotterdam hebben deelgemeenten. Deelgemeenten hebben meestal een eigen volksvertegenwoordiging, de deelgemeenteraad, kortweg deelraad.
In Amsterdam zijn de eerste deelgemeenten (die daar stadsdelen worden genoemd) begin jaren 1980 ingesteld. Amsterdam heeft 14 deelgemeenten met een eigen deelraad en dagelijks bestuur, met daarnaast het centraal bestuurde industriegebied Westpoort, dat geen deelraad heeft. Rotterdam is onderverdeeld in 11 deelgemeenten (en een centrumraad en wijkraad Pernis).

Zie ook.
Deelgemeenten in Nederland. Klik hier.
Deelgemeenten in België. Klik hier.

Begrip stad

Het onderscheid tussen stad en gemeente is vooral organisatorisch en juridisch; soms vormt een stad met de omliggende dorpen een gemeente. Extra uitleg over het begrip stad! Klik hier.

Definitie stad in België

In België wordt de titel stad officieel toegekend aan gemeenten via een Koninklijk Besluit. De gemeente krijgt dan de stadstitel er bovenop, deze heeft weinig met de grootte van de gemeente te maken. Het eerste Koninklijk Besluit kwam er op 30 mei 1825. Hierin werden alle gemeenten opgesomd die in het verleden stadsrechten hadden ontvangen en die deze niet verloren waren tijdens de Franse tijd. Gedurende meer dan 150 jaar veranderde er niets meer aan de lijst van 1825. Na de gemeentelijke herinrichting van 1977 werd de stadstitel uitgebreid tot het volledige grondgebied van de fusiegemeente en kregen de gemeenten de kans om de stadstitel te verkrijgen via een Koninklijk Besluit. Dit kon gebeuren omwille van historische redenen (steden die de stadstitel verloren waren tijdens de Franse tijd of gemeenten die in de Middeleeuwen een belangrijke rol speelden) of omwille van de huidige centrumfunctie van de gemeente. Heel wat gemeenten maakten hiervan gebruik en verkregen tussen 1982 en 2000 de stadstitel.

Woonwijk

Een woonwijk is een gebied (wijk) in een gemeente waar voornamelijk woningen staan. Een wijk kan zijn onderverdeeld in buurten. Oude stadswijken zijn soms voormalige zelfstandige gemeenten, die zijn geannexeerd door een grotere buurgemeente. Een woonwijk wordt tegenwoordig meestal integraal ontworpen door een stedenbouwkundige. Een wijk heeft meestal een wijknaam. Dit kan een oude historische naam zijn, maar bij veel wijken ook een fantasienaam, die bijvoorbeeld bij het thema van de straatnamen past.

Agglomeratie

Een agglomeratie (ook wel stedelijk gebied genoemd, maar die term kan ook naar een algemener begrip verwijzen) is een aaneenschakeling van nederzettingen, verspreid over verschillende steden en dorpen, waarvan de inwoners zich gedragen alsof zij in één stad wonen. Dat wil zeggen dat de bewoners wonen, werken, winkelen en recreëren in verschillende delen van de agglomeratie en zich in hun dagelijks leefpatroon veelvuldig binnen de agglomeratie verplaatsen.

In veel gevallen ligt een agglomeratie rondom een centrale stad. De steden en dorpen hoeven niet direct op elkaar aan te sluiten, er kunnen ook rivieren, autosnelwegen, parken, volkstuinen of landbouwgrond tussen in liggen. Een exacte definitie van een agglomeratie bestaat daarom ook niet.
De kracht van een stad ligt onder meer in het feit dat de bewoners zich binnen de stad veelvuldig bewegen zodat een intensieve interactie ontstaat tussen de bewoners. In een traditionele stad verplaatsten de inwoners zich hoofdzakelijk te voet. De omvang van traditionele steden is daarom beperkt tot een half uur gaans (circa drie kilometer). Agglomeraties konden ontstaan doordat snelle vervoerwijzen beschikbaar kwamen (trein, tram en auto) waardoor bewoners zich binnen hetzelfde tijdbudget over veel grotere afstanden konden verplaatsen. Zo kon het dagelijks leefpatroon van de bewoners zich over een veel groter gebied uitstrekken en werd een intensieve interactie tussen veel grotere aantallen inwoners mogelijk. Deze intensieve interactie heeft meerwaarde omdat zij culturele en economische ontwikkeling mogelijk maakt.
Agglomeraties zijn dus afhankelijk van een goed verkeerssysteem. Zij kennen een druk (forenzen-)vervoer, beschikken over openbaar vervoer en hebben last van verstopping in het verkeersnetwerk. Agglomeraties zijn vaak gegroeid rondom verkeerssystemen die eigenlijk bedoeld waren voor interlokaal verkeer en gedimensioneerd waren op veel kleinere vervoerstromen. Spoorwegen en autowegen binnen agglomeraties zijn daarom veelvuldig uitgebreid om in de alsmaar toenemende vervoersbehoefte te voorzien. Ook zijn verkeerssystemen die ontstaan zijn op een stedelijke schaal (zoals de stadstram) uitgebreid naar de grotere reikwijdte van de agglomeratie, probleem hiervan is dat deze systemen eigenlijk te langzaam zijn. Agglomeraties hebben eigenlijk behoefte aan vervoersystemen die specifiek zijn toegesneden op hun behoefte zoals voldoende snelheid en een hoge capaciteit. Dergelijke systemen worden ook wel aangeduid met de term stadsgewestelijk vervoer.

Staatsstructuur in België

In België hebben de volgende bestuurslagen, territoriale onderdelen waar regels vastgesteld en/of beslissingen worden genomen over bepaalde gebieden en/of hun bewoners, bevoegdheden:

federale overheid
gewesten
gemeenschappen
provincies (niet in het Brussels gewest)
arrondissementen (gedeconcentreerde onderdelen van de gewestelijke overheid)
gemeenten
districten (alleen in de gemeente Antwerpen)


Extra uitleg 1 over het begrip provincie! Klik hier.
Extra uitleg 2 over het begrip provincie! Klik hier.

Extra uitleg over het het land België! Klik hier.
Extra uitleg over het het begrip staat! Klik hier.

In België kent men faciliteitengemeenten.
De taalgrens in België. Klik hier.

Bestudeer eerst bovenstaande cursus.
IN ONDERSTAANDE GEGEVENS STAAN ER VAAK HYPERLINKS. KLIK ER OP EN LEES OOK DIE TEKSTEN.
ER WORDEN DAAR VRAGEN OVER GESTELD.

Combineer een element links met een element rechts. Je kan selecteren uit het uitrolmenu.
ALLES VERWERKT? KLIK DAN PAS OP DE TOETS CONTROLEER.

MEN KAN DE OEFENING OOK OPNIEUW MAKEN, DOOR MET DE RECHTERMUISTOETS OP HET SCHERM TE KLIKKEN EN DAN, ALS HET WOORD BESTAAT, IN HET GEOPENDE VENSTER TE KLIKKEN OP "VERNIEUWEN"

DE WERELD IN DELEN

De woonomgeving

In België bestaat een dorp uit een aantal gehuchten of kerkdorpen. De stad bestaat uit de oorspronkelijke stad en een aantal samengevoegde gemeenten ook deelgemeenten genoemd. De stad en die deelgemeenten zijn opgesplitst in een aantal wijken met ieder enkele typische functies en een bepaald uitzicht.
Lijst van Belgische gemeenten! Klik hier.

België bestaat uit 3 gewesten en 3 gemeenschappen

Het Vlaamse Gewest of Vlaanderen omvat het eentalig Vlaams taalgebied.
Het Waals Gewest of Wallonië omvat het Frans en Duits taalgebied.
Het Hoofdstedelijk Gewest of Brussel-hoofdstad dat officieel tweetalig is (Frans en Nederlands).

Het bestuur van de gewesten houdt zich bezig met plaatsgebonden aangelegenheden zoals o.a. vervoer, werkgelegenheid.

België telt ook 3 gemeenschappen: Nederlandse, Franse, Duitse. Het bestuur van de gemeenschappen houdt zich bezig met persoonsgebonden aangelegenheden zoals o.a. cultuur, gezondheid.

Aan de taalgrens liggen gemeenten waarin een groot aantal anderstalige wonen. Deze krijgen faciliteiten, o.m. op het gebied van onderwijs.
Extra uitleg over de Belgische Gewesten! Klik hier.
Extra uitleg over de Belgische Gemeenschappen! Klik hier.

België is lid van de Europese Unie

De Europese Unie bevordert de economische ontwikkeling, de welvaart, sluit militaire conflicten tussen de staten uit, stelt de grenzen open voor goederen, diensten, personen en geld.
Extra uitleg over de Europese Unie! Klik hier.

In Oost-Europa en in delen van Azië is er onder leiding van Rusland het Gemenebest van Onafhankelijke Staten.
Extra uitleg over het Gemenebest van Onafhankelijke Staten ! Klik hier.

Werelddelen en oceanen

Er zijn 7 continenten: Azië, Afrika, Noord-Amerika, Zuid-Amerika, Europa, Oceanië, Antarctica.
De Oude Wereld bestaat uit Azië, Afrika, Europa.
De Nieuwe Wereld bestaat uit Zuid-Amerika, Noord-Amerika, Oceanië.

Een oceaan is een min of meer zelfstandige wereldzee tussen de continenten, en kan meerdere (kleinere) zeeën bevatten. Het woord oceaan komt van het Griekse Okeanos, wat in de mythologie de personificatie van de wereldzee is.
De oceanen en zeeën nemen ongeveer 2/3 van het oppervlak van de aarde in, terwijl het land 1/3 van het oppervlak bestrijkt.

De verschillende oceanen
Sinds het vastleggen van de grenzen van de Zuidelijke Oceaan door de Internationale Hydrografische Organisatie in 2004, worden er vijf oceanen onderscheiden (in volgorde van grootte):
  • De Grote of Stille Oceaan (vroeger Stille Zuidzee genoemd) (Engels: Pacific Ocean) - Begrensd door (in wijzerzin vanaf het noorden) de Arctische Oceaan, de westkust van Noord- en Zuid-Amerika, de Atlantische, Zuidelijke en Indische Oceanen, de oost- en noordoostkust van Australië, de Indonesische archipel en de oostkust van Azië. Oppervlakte: 155.557.000 vierkante kilometer. De voornaamste eilandgroepen in de Grote Oceaan zijn Polynesië, Melanesië en Micronesië. Bij het eiland Guam ligt de diepste trog van de wereld; de Marianentrog. Ze is in 1960 ontdekt en afgedaald met de bathyscaaf "Triëste" tot op 10.916 meter diepte.
  • De Atlantische Oceaan - Begrensd door de Arctische Oceaan, de west- en zuidkust van Europa, de noord- en westkust van Afrika, de Indische, Zuidelijke en Grote Oceanen en de oostkust van Zuid- en Noord-Amerika. Oppervlakte: 76.762.000 vierkante kilometer.
  • De Indische Oceaan - Begrensd door de zuidkust van Azië, de Indonesische archipel, de west- en zuidkust van Australië, de Grote, Zuidelijke en Atlantische Oceanen en de oostkust van Afrika. Oppervlakte: 68.556.000 vierkante kilometer.
  • De Zuidelijke Oceaan (ook Antarctische Oceaan genoemd) - Begrensd door de kust van Antarctica enerzijds, en de Atlantische, Indische en Grote Oceanen anderzijds. De grens met deze oceanen ligt op 60° zuiderbreedte. Oppervlakte: 20.327.000 vierkante kilometer.
  • De Noordelijke IJszee (ook Arctische Oceaan genoemd) - Begrensd door de Atlantische Oceaan, de noordkust van Noord-Amerika, de Grote Oceaan en de noordkust van Azië en Europa. Oppervlakte: 14.056.000 vierkante kilometer.


Soms wordt er ook gesproken over zeven oceanen, in dit geval zijn de Grote of Stille Oceaan en de Atlantische Oceaan ter hoogte van de evenaar verder onderverdeeld in een Noordelijke en Zuidelijke deel.

Het noordelijk halfrond noemt men ook het landhalfrond en het zuidelijk halfrond noemt men ook het zeehalfrond.
*
Een dorp bestaat uit een aantal kleine woonkernen. Hun naam?
*
In België zijn een aantal dorpen samengevoegd met een stad. Naam van die voormalige dorpen?
*
Een stad bestaat uit een aantal woonkernen met typische functies. Hun naam?
*
Een groep van steden en dorpen binnen een administratief gebied noemt men in België een:
*
Er zijn in België (31 december 2019) 581 gemeenten en hoeveel provincies?
*
België kent 3 gewesten: in het noorden waar men Nederlands spreekt:
*
België kent 3 gewesten: in het zuiden waar men Frans spreekt:
*
Een klein gewest in België dat officieel tweetalig is:
*
Een klein gewest in België dat officieel tweetalig is:
*
Een klein gewest in België dat officieel tweetalig is:
*
België heeft 3 gemeenschappen. In het noorden:
*
België heeft 3 gemeenschappen. In het grootste gedeelte van Wallonië:
*
België heeft 3 gemeenschappen. In het zuidoosten langs de Duitse grens:
*
Het bestuur van de Belgische Gemeenschappen houdt zich bezig met:
*
Een persoonsgebonden aangelegenheidheid is bv.:
*
Gemeenten met een groot aantal anderstalige noemt men in België:
*
Dwars door België loopt er een denkbeeldige grens in verband met de gesproken taal.
Men noemt men die grens?
*
België is een lidstaat van een grote politieke en economische vereniging in Europa. Welke?
*
In Oost-Europa en in Azië is er nog een groepering van staten. Welke?
*
De aarde bestaat uit zeven vastelanden of (andere naam):
*
Eilandengroepen noemt men ook:
*
Het grootste werelddeel of continent is:
*
Het kleinste werelddeel of continent is:
*
Europa en Azië zitten aan elkaar vast. Vandaar de naam:
*
Afrika, Azië en Europa behoren tot de:
*
Een kleine bewoonde plaats met een eigen naam en vaak zonder duidelijk middelpunt zoals een kerk of marktplein noemt men in Nederland een
*
Andere naam voor woonkern, het is een relatief dichtbevolkt gebied met bewoning, vergelijkbaar met het begrip nederzetting.
*
Hoe noemt men een kleine nederzetting, een plaats of kern waar meerdere huizenbij elkaar liggen.
Worden aangetroffen in landelijk gebied.
*
Andere naam voor brinkdorp of enkdorp. Het is een van de dorpsvormen aan de rand van de zandgronden in Nederland, over het algemeen ontstaan in de hoge middeleeuwen.
*
Een langgerekt dorp dat wordt bepaald door het verloop van een dijk.
*
Een dorp op een terp noemt men een
*
In Antwerpen, meer dan 100.000 inwoners mag zijn deelgemeenten anders noemen. Hoe?
*
Hoe noemt men en grotere plaats waar mensen wonen,
gelegen aan grotere verkeerswegen en met een eigen
bestuurs- en verzorgingsstructuur.
*
Een Nederlands dorpstype in het bedijkingslandschap van de Zeeuwse en Zuid-Hollandse eilanden.
*
Een stedelijk gebied van aan elkaar gegroeide dorpen en steden waarininwoners zich gedragen alsof ze in een stad wonen.