Kometen

Over kometen. Klik hier.

Een komeet is een ijzig klein lichaam in het zonnestelsel dat, wanneer het dicht genoeg bij de zon komt, een zichtbaar dunne tijdelijke sfeer toont en soms ook een staart. Deze verschijnselen zijn te wijten aan de effecten van zonnestraling en zonnewind op de kern van de komeet. De komeetkern bestaat uit een losse verzameling van ijs, stof en kleine rotsachtige deeltjes, variërend van een paar honderd meter tot tientallen kilometers in doorsnede. Kometen zijn waargenomen sinds de oudheid en van oudsher beschouwd als slechte voortekens.

Kometen hebben een breed scala van omlooptijden, variërend van een paar jaar tot honderdduizenden jaren. Kort-periodieke kometen zijn afkomstig uit de Kuipergordel. Langere periode kometen zijn vermoedelijk afkomstig uit de Oortwolk, een bolvormige wolk van ijzige objecten in het buitenste deel van ons zonnestelsel. Lang-periodieke kometen duiken naar de Zon uit de Oortwolk. Ze worden vaak door zwaartekracht verstoringen, veroorzaakt door ofwel de massa van de buitenste planeten van ons zonnestelsel (Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus ), of passerende sterren beïnvloed. Zeldzame hyperbolische kometen passeren één keer door het binnenste van het zonnestelsel alvorens in de interstellaire ruimte langs de hyperbolische trajecten te worden gegooid. Kometen zijn te onderscheiden van asteroïden door de aanwezigheid van een coma en of een staart. Uitgestorven kometen die vele malen voorbij de Zon zijn gevlogen hebben bijna al hun ijs en stof verloren en lijken op kleine asteroïden.

Er zijn een 4185 gerapporteerde kometen waarvan ongeveer 1.500 een lange periode en ongeveer 484 een korte periode hebben. Dit aantal groeit gestaag. Echter, dit vertegenwoordigt slechts een fractie van de totale potentiële komeet bevolking. Men vermoed dat het aantal komeet-achtige objecten in de buitenste regionen van ons zonnestelsel kan oplopen tot in het biljoen. Het aantal kometen zichtbaar met het blote oog is gemiddeld een per jaar. Veel van deze kometen zijn zwak en niet spectaculair.



Het woord komeet is afgeleid van het Latijnse woord cometes, dat is het latijnse woord van het Griekse κομήτης (komētēs), wat "Comet" betekent, letterlijk "langharige", van het woord κόμη (kome), hetgeen betekent "haar van het hoofd". De Griekse wetenschapper en filosoof Aristoteles gebruikte voor het eerst de afgeleide vorm van κόμη , κομήτης, om te beschrijven wat hij zag als "sterren met haar." Het astronomische symbool voor kometen is (☄), het bestaat uit een kleine schijf met drie haarachtige streepjes.

De samenstelling van kometen
Kometen zijn in feite grote brokken ijs bestaande o.a. uit bevroren:
- CO (koolstofmonoxide)
- CO2 (koolstofdioxide)
- H2O (water)
- NH3 (amoniak)
- CH4 (methaan)

Gemengd tussen deze ijsbrokken zitten silicaatkorrels (kiezelzuur zout), koolstof en zelfs wat samengestelde koolstofverbindingen.

De komeetkern of nucleus
De kern is het vaste, centrale deel van een komeet, in de volksmond aangeduid als een vuile sneeuwbal. Een komeetkern is samengesteld uit rots, stof en bevroren gassen. Bij verhitting door de Zon sublimeren de gassen en produceren een sfeer rondom de kern die bekend staat als de coma. De kracht uitgeoefend op de coma door de druk van de zonnestralen en de zonnewind veroorzaakt een enorme staart. Een typische komeetkern heeft een albedo van 0,04.

Splitsing
De kern van sommige kometen kan kwetsbaar zijn, deze conclusie wordt ondersteund door de waarneming van kometen die zich splitsen. Gesplitste kometen zijn 3D/Biela in 1846, Shoemaker-Levy 9 in 1992, en 73P/Schwassmann-Wachmann van 1995 tot en met 2006. De Griekse historicus Ephorus meldde reeds in 372-373 v. Chr. dat een komeet zich splitste. Kometen splitsen zich als gevolg van, interne gas-druk, of impact. De kometen 42P/Neujmin en 53P/Van Biesbroeck lijken fragmenten te zijn van een oudere komeet.

Grootte
De meeste komeetkernen hebben een diameter van ongeveer 10 mijl (16 kilometer). Maar er zij er ook met een kern tot 40 km. De aardappel-vormige kern van de komeet van Halley (15 × 8 × 8 km) bevat gelijke hoeveelheden van ijs en stof. Ongeveer 80 procent van het ijs is waterijs en bevroren koolmonoxide maakt nog eens 15 procent uit. Een groot deel van de rest is bevroren kooldioxide, methaan en ammoniak. Wetenschappers geloven dat andere kometen chemisch gelijk zijn aan de komeet van Halley. De kern van de komeet van Halley is ook erg zwart. Wetenschappers geloven dat het oppervlak van de komeet, en misschien ook de meeste andere kometen, is bedekt met een zwarte korst van stof en gesteente. De kern van de komeet Hale-Bopp werd geschat op ongeveer 30 tot 40 kilometer. Hale-Bopp was goed zichtbaar met het blote oog, omdat de grote kern veel stof en gas afgaf. Hieronder de gegevens van 2 kometen.

NaamAfmeting (km)Dichtheid (g/cm3)Massa (kg)
De komeet van Hally15 × 8 × 80,63,0 x 1014
Tempel 17,6 × 4,90,627,9 × 1013


Albedo
Kometen zijn vaak beschreven als "vuile sneeuwballen", hoewel uit recente waarnemingen is gebleken dat de kern een droge stoffige of rotsachtige ondergrond heeft. Het ijs is verborgen onder de korst. Komeetkernen behoren tot de donkerste objecten in het zonnestelsel. Volgens de Giotto sonde blijkt dat de kern van de komeet Halley het licht voor ongeveer 4% weerspiegelt en de Deep Space 1 ontdekte dat het oppervlak van de komeet Borrelly het licht voor slechts 2,4% tot 3% weerspiegelt. Asfalt weerspiegelt 7% van het licht dat er op valt.

Coma en staart
In de buitengebieden van het zonnestelsel, zijn de kometen bevroren en zeer moeilijk of onmogelijk vanaf de Aarde te detecteren en dit vanwege hun kleine omvang. Inactieve komeetkernen in de Kuipergordel zijn gemeld door de Hubble Space Telescope, maar deze detecties zijn nog niet bewezen. Als een komeet het binnenste van het zonnestelsel nadert, zorgen de zonnestralen ervoor dat de vluchtige stoffen in de komeet verdampen. Het vrijgekomen stof en gas vormt een grote zeer ijle atmosfeer rond de komeet. Men spreekt van een coma. De kracht door de zonnestralen en de druk van de zonnewind uitgeoefend op de coma veroorzaakt een enorme staart afgekeerd van de Zon.

Zowel de coma als de staart worden verlicht door de Zon en kunnen zichtbaar zijn vanaf de Aarde op het moment dat een komeet door het binnenste van het zonnestelsel gaat. Het stof weerkaatst zonlicht en de gassen gloeien op door ionisatie. De meeste kometen zijn te zwak om zonder de hulp van een telescoop zichtbaar te zijn, maar per decennium zijn een paar kometen helder genoeg om met het blote oog zichtbaar te zijn. Af en toe kan een komeet met een enorme en plotselinge uitbarsting van gas en stof de omvang van de coma tijdelijk verhogen. Dit gebeurde in 2007 naar komeet Holmes. Terwijl de vaste kern van kometen in het algemeen minder dan 50 km lang is, kan de coma groter zijn dan de Zon, en de staart kan een lengte hebben van meer dan 150 miljoen km.

Kometen blijken ook X-stralen uit te stralen. Dit verbaasde onderzoekers, omdat röntgenstraling meestal wordt geassocieerd met een zeer hoge temperatuur. Men denkt dat de X-stralen worden gegenereerd door de interactie tussen kometen en de zonnewind: wanneer sterk geladen ionen door de coma vliegen botsen ze met atomen en moleculen. Dit leidt tot de emissie van X-stralen en veel ultraviolette fotonen.
Als gevolg van ontgassing laten kometen een spoor van vast puin achter. Als de komeet de baan van de Aarde kruist zijn er op dat punt waarschijnlijk meteorenregens te zien. De Perseïden, een meteorenregen, komt elk jaar tussen 9 augustus en 13 augustus wanneer de Aarde de baan van de komeet Swift-Tuttle passeert.

Orbitale kenmerken
De baan van de komeet Kohoutek en de Aarde, illustreert de hoge excentriciteit van de baan en de snelle beweging wanneer de komeet dicht bij de Zon komt. De meeste kometen hebben langgerekte elliptische banen. Kometen zijn vaak ingedeeld naar de duur van hun omlooptijden: hoe langer de periode hoe meer langwerpige ellips.

Kort-periodieke kometen hebben een omlooptijd van minder dan 200 jaar. Ze hebben meestal een baan ongeveer in het eclipticavlak en in dezelfde richting als de planeten. Hun aphelium ligt doorgaans buiten de planeet Jupiter, bv. het aphelium van de komeet van Halley is een beetje voorbij de baan van Neptunus. De Encke's komeet heeft een baan die lgt rond de Zon en rond Jupiter. Kort-periodieke kometen zijn verder onderverdeeld in de Jupiter familie (perioden van minder dan 20 jaar) en Halley familie (perioden tussen 20 en 200 jaar).

Lang-periodieke kometen hebben zeer excentrische banen en perioden variërend van 200 jaar tot duizenden of zelfs miljoenen jaren. De komeet McNaught had een heliocentrische excentriciteit van 1,000019 in de buurt van haar perihelium, maar is gebonden aan de Zon met ongeveer een baan van 92.600 jaar. Per definitie blijven lang-periodieke kometen gebonden aan de zwaartekracht van de Zon. De banen van lang-periodieke kometen liggen ver voorbij de buitenste planeten en het vlak van hun baan hoeft niet in de buurt van de ecliptica te liggen. Lang-periodieke kometen zoals komeet West hebben banen met afstanden van bijna 70.000 AU en met omlooptijden die geschat worden op ongeveer 6 miljoen jaar.
Eenmalige verschijnende kometen zijn vergelijkbaar met lang-periodieke kometen, omdat ze ook parabolische of iets hyperbolische trajecten afleggen. Echter, de zwaartekracht verstoringen van de reuzenplaneten veroorzaken veranderen in hun baan. Komeet C/1980 E1 had een omlooptijd van ongeveer 7,1 miljoen jaar voordat ze in 1982 passeerde in het perihelium. In 1980 had deze komeet een ontmoeting met Jupiter en daardoor versnelde ze waardoor ze de grootste excentriciteit (1.057) van alle bekende hyperbolische kometen had. Kometen die naar verwachting niet terug naar het binnenste van het zonnestelsel komen, zijn C/1980 E1, C/2000 U5, C/2001 Q4 (NEAT), C/2009 R1, R1 C/1956.
Sommige autoriteiten gebruiken de term periodieke komeet voor een komeet met een periodieke baan (dat wil zeggen, alle kort-periodieke kometen, plus alle lang-periodieke kometen), terwijl anderen de term gebruiken om uitsluitend kometen met een korte periode aan te duiden.

Daar hun elliptische banen vaak dicht bij de grote planeten liggen, zijn kometen onderworpen aan verdere gravitationele storingen. Korte periode kometen vertonen een tendens om hun aphelia te laten samenvallen met een gigantische planeet zoals Jupiter. Het is duidelijk dat kometen die vanuit de Oortwolk komen vaak banen hebben die sterk beïnvloed worden door de zwaartekracht van grote planeten. Jupiter die meer dan twee keer zo massief is als alle planeten samen is de bron van de grootste verstoringen. Deze verstoringen buigen waarschijnlijk soms lang-periodieke kometen af in kortere omlooptijden.

Een aantal periodieke kometen ontdekt in eerdere decennia of vorige eeuwen zijn nu "verloren." Hun banen werden nooit goed gemeten om hun verschijning in de toekomst te voorspellen. Af en toe ontdekt men een "nieuwe" komeet die volgens berekeningen van zijn baan een oude "verloren" komeet blijkt te zijn. Een voorbeeld is komeet 11P/Tempel-Swift-LINEAR, ontdekt in 1869, maar niet meer waarneembaar na 1908 als gevolg van verstoringen door Jupiter. Ze werd in 2001 per toeval herontdekt.

Het lot van kometen
Als een komeet snel genoeg is kan ze het zonnestelsel verlaten, in dit geval heeft ze een hyperbolische baan. Kometen met een hyperbolische baan zijn tot op heden alleen bekend doordat ze werden uitgeworpen door interactie met de planeet Jupiter.

Gestorven kometen
De JFCs zijn actief over een levensduur van ongeveer 10.000 jaar of ongeveer 1.000 omwentelingen terwijl de LPC kometen veel sneller verdwijnen. Slechts 10% van de LPC overleven meer dan 50 passages door hun kleine perihelium, terwijl slechts 1% van hen meer dan 2.000 passages overleven. Uiteindelijk zal het merendeel van de vluchtige materialen in een komeetkern verdampen en de komeet wordt een kleine, donkere inerte brok steen of puin dat men kan vergelijken met een asteroïde.

Desintegratie van kometen
Dit uiteenvallen kan worden geactiveerd door getijde-gravitationele krachten van de Zon of van een grote planeet, door een "explosie" van vluchtig materiaal, of om andere redenen die men niet volledig kan verklaren.

Botsingen
Sommige kometen komen aan een meer spectaculair einde, doordat ze in de Zon vallen of op een planeet of op een ander lichaam. Botsingen tussen kometen en planeten of manen waren gebruikelijk in het vroege begin van ons zonnestelsel. Enkele van de vele kraters op de Aarde en op de Maan zijn veroorzaakt door kometen. Een recente botsing van een komeet met een planeet deed zich voor in juli 1994, toen de komeet Shoemaker-Levy 9 in stukken brak en botste met Jupiter. Veel kometen en asteroïden botsten in een vroeg stadium tegen de Aarde. Veel wetenschappers geloven dat kometen die botste tegen de jonge Aarde (ongeveer 4 miljard jaar geleden) enorme hoeveelheden water met zich meebrachten en alzo de aardse oceanen vulden. Andere onderzoekers twijfelen aan deze theorie. De detectie van organische moleculen in kometen heeft sommige geleerden doen denken dat kometen of meteorieten zelfs het leven hebben gebracht op de Aarde. Er zijn nog steeds veel kometen in de buurt van de Aarde, hoewel een botsing met een asteroïde meer waarschijnlijk is dan met een komeet.

Nomenclatuur
De namen aan kometen gegeven zijn een gevolgd van verschillende conventies in de afgelopen twee eeuwen. Voordat een systematische naamgeving werd aangenomen, werden kometen benoemd op verschillende manieren. Voor het begin van de 20e eeuw werden kometen benoemd naar het jaar waarin ze verschenen, soms met aanvullende bijvoeglijke naamwoorden voor bijzonder heldere kometen, dus de "Grote Komeet van 1680" (de komeet Kirch), de "Grote september Komeet van 1882" en de "Grote Komeet januari van 1910".

Nadat Edmund Halley had aangetoond dat de kometen van 1531, 1607 en 1682 dezelde was en met succes voorspelde dat ze in 1759 zou terugkeren werd ze bekend als de komeet van Halley. Ook de tweede en derde bekende periodieke kometen, Encke's komeet en Biela's komeet, werden vernoemd naar de astronomen die de banen berekende. Later werden periodieke kometen meestal genoemd naar hun ontdekkers, maar kometen die alleen eenmaal verschenen worden nog steeds vernoemd naar het jaar van hun verschijning.

Een komeet krijgt een naam als ze door maximum drie onafhankelijke ontdekkers wordt waargenomen. In de afgelopen jaren werden vele kometen ontdekt door grote teams van astronomen en met behulp van instrumenten. In zo een geval worden kometen genoemd naar het instrument. Bv. komet IRAS-Araki-Alcock werd onafhankelijk van elkaar ontdekt door de IRAS satelliet en door de amateur-astronomen Genichi Araki en George Alcock. In het verleden, als er meerdere kometen werden ontdekt, door dezelfde persoon of door een groep individuen werden de kometen benoemd door toevoeging van een cijfer aan de ontdekkers' namen (maar dan alleen voor periodieke kometen), bv.: Komeet Shoemaker-Levy 1 - 9 . Vandaag worden grote aantallen kometen ontdekt door een aantal instrumenten. Ze krijgen nu telkens een unieke naam.

Tot 1994 kregen kometen als ze voor het eerst werden waargenomen een voorlopige aanduiding, bestaande uit het jaar van hun ontdekking, gevolgd door een kleine letter (bv.: komeet 1969i (Bennett) was de 9e komeet ontdekt in 1969). Later kreeg die komeet een definitieve aanduiding met een jaartal gevolgd door een Romeins cijfer in volgorde van periheliumdoorgang (dat is het moment dat de komeet zijn kortste afstand tot de Zon bereikt). Dus, de komeet "1969i" werd komeet "1970 II". De nieuwe manier van aanduiden gebeurt op dezelfde manier als bij planetoïden. Elke aanduiding bestaat vanaf 1995 uit het jaar van ontdekking, gevolgd door een hoofdletter die aangeeft in welke halve maand het object ontdekt is en een nummer. Zo heeft de eerste komeet die in de eerste helft van januari 1995 ontdekt is de aanduiding C/1995 A1 (Jedicke) gekregen. De vierde komeet die in de tweede helft van maart 1995 werd ontdekt kreeg de aanduiding 1995 F4.

C / duidt op een niet-periodieke komeet;
X / geeft een komeet waarvoor geen betrouwbare baan kan worden berekend;
D / geeft een periodieke komeet die is verdwenen, afgebroken of verloren is gegaan;
A / geeft een object dat ten onrechte werd geïdentificeerd als een komeet, maar eigenlijk een kleine planeet is.

Bijvoorbeeld: de komeet Hale-Bopp 's aanduiding is C/1995 O1.

Kometen vroeger
In de oudste tijden zagen mensen in kometen vaak één of ander voorteken. De Grieken beschouwden kometen als een teken van rampen, de Chinezen noemden kometen ‘bezemsterren’, ze dachten dat ze gevraagd werden het oude op te ruimen en het nieuwe aan te kondigen. Vele keren is het einde van de wereld voorspeld als er een heldere komeet verscheen.

Kometen op de Aarde
Niet helemaal onterecht dachten mensen vaak dat de wereld verging als ze een komeet zagen, want wanneer een komeet op aarde neerstort, kan ze een ramp veroorzaken. Waarschijnlijk is er in 1908 in Toengoeska in Siberië een deel van de komeet Encke neergestort. In een straal van dertig km werden alle bomen omvergeblazen door de kracht van de explosie. Als er een hele komeetkern zou inslaan zouden de gevolgen veel ernstiger zijn. Men vermoedt dat de dinosaurussen zeventig miljoen jaar geleden uitgestorven zijn na een dergelijke catastrofe.

Theorieën over kometen
Er zijn theorieën die zeggen dat het leven op Aarde zonder komeetinslagen niet mogelijk zou zijn geweest. Volgens die theorieën zijn kometen verantwoordelijk voor de oceanen. Zware inslagen hebben diepe gaten geslagen, en het water komt rechtstreeks van de komeet. Ook herkennen we elementen die op Aarde zeer belangrijk zijn: koolstof, zuurstof, stikstof en waterstof.

Kunnen kometen op de Aarde inslaan?
Astronomen hebben een grote komeet ontdekt die de Aarde in gevaar zou kunnen brengen over meer dan een eeuw. In 1992 zei een internationale organisatie van astronomen dat de komeet, Swift-Tuttle genaamd, dicht bij de Aarde zou komen rond augustus 2126. De kans op een inslag zou 1 op de 10.000 zijn, en latere berekeningen lieten zien dat er helemaal geen kans op inslaan zal zijn. Maar ondanks dat, zeiden ze ook dat er een hoop andere voorwerpen in het heelal rond dwalen en dat het mogelijk is dat de Aarde in de komende 100 jaar geraakt zal worden door objecten die astronomen nog niet hebben ontdekt. Maar als er een komeet aan zou komen zijn deze vrij snel te zien door de telescopen van de astronomen. Ze kunnen de komst van een komeet ruim een jaar van te voren aankondigen.

Maar wat zou er gebeuren als een komeet zou inslaan?
Als een komeet zou inslaan op vaste grond zou men allereerst te maken hebben met een enorme schok die men waarschijnlijk overal in een straal van 100 km nog zou voelen. Binnen dit gebied zou de hitte van de vuurballen die ontstaan veel dingen doen smelten tot vormloze figuren van metaal en steen. De inslag zou een krater veroorzaken van tenminste 20 km breed en een aantal km diep. De kracht van de impact zou bosbranden veroorzaken en een enorme wolk van stof en verpulverde steen zou in de atmosfeer worden geblazen. Als de inslag in de oceaan gebeurt veroorzaakt dat ook een ramp. Dat veroorzaakt een enorme vloedgolf die met ongeveer 1.000 km per uur op de rest van het land af zou stevenen.


Extra uitleg over kometen:
via Wikipedia. Klik hier.
via Sterrenkunde Nederland. Klik hier.
via Volksterrenwacht Urania. Klik hier.

Uitleg over het uitsterven van dinosaurussen. Klik hier.

Bestudeer eerst bovenstaande cursus.
IN ONDERSTAANDE GEGEVENS STAAN ER VAAK HYPERLINKS. KLIK ER OP EN LEES OOK DIE TEKSTEN.
ER WORDEN DAAR VRAGEN OVER GESTELD.

Antwoorden te halen uit bovenstaande gegevens. Selecteer het antwoord dat je het meest juist lijkt en/of vul in.

MEN KAN DE OEFENING OOK OPNIEUW MAKEN, DOOR MET DE RECHTERMUISTOETS OP HET SCHERM TE KLIKKEN EN DAN IN HET GEOPENDE VENSTER, INDIEN HET WOORD ER STAAT, TE KLIKKEN OP "VERNIEUWEN"