un avion - een vliegtuig, un bateau - een boot, een schip, un vélo cargo - een bakfiets, le trafic - het verkeer, un musée - een museum, un pont - een brug, un aéroport - een luchthaven, une voiture - een auto, une trottinette - een step, une église - een kerk, une bibliothèque - een bibliotheek, une gare - een station, une mairie - een gemeentehuis, une promenade - een wandeling, se promener - wandelen, avancer - vooruitgaan, rouler - rijden, se trouver - zich bevinden, marcher - gaan, stappen, montrer - tonen,

Woordenschat module 5 acte 1

Scorebord

Visuele stijl

Opties

Template wisselen

Automatisch opgeslagen activiteit "" herstellen?