* Een koelkast is een
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Een drukpers is een
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* De staalindustrie is een
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Katoendraad maakt men in de
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Polyester maakt men in de
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Koperdraad maakt men in de
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Glas maakt men in de
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Staaldraad maakt men in de
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* In de verwerkende industrie maakt men
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Een lokaal bedrijf verkoopt producten in de
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Regioale bedrijven hebben een
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Nationale bedrijven leveren over het
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Internationale bedrijven noemt men ook
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Een zuiver industrieterrein heeft vooral
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Een bedrijventerrein heeft ook
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Een recent bedrijventerrein is
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Een bedrijventerrein kent geordende
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Op een bedrijventerrein overheerst de
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Bedrijven op hetzelfde terrein die aan elkaar leveren vormen
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* De aanleg van nieuwe bedrijventerreinen dient in België zorgvuldig te worden overwogen door
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Hoogtechnologische bedrijven hebben veel
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Waterleiding, gas, elektriciteit, telefoon, fax zijn
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Fabrieken die frisdranken produceren liggen dicht bij de verbruiker,
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Een goed verkeersnet is noodzakelijk voor aanvoer van
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.
* Rond grote steden liggen veel fabrieken omdat er talrijke arbeidskrachten
???
productiegoed.
handelszaken, drukkerijen, garages.
eindproducten.
non-ferroindustrie.
en een groot afzetgebied aanwezig zijn.
wegen, mooie gebouwen en veel groen.
staalindustrie.
grondstoffen en afvoer van eindproducten.
een agglomeratievoordeel.
tertiaire sector.
nutsvoorzieningen.
hele land.
verbruiksgoed.
basisindustrie.
multinationale bedrijven.
glasindustrie.
dan is het transport van de flessen goedkoop.
textielindustrie.
gebrek aan ruimte.
nabije omgeving.
ruimere afzetmarkt.
zware basisindustrie.
hoogopgeleide werknemers nodig.
planmatig ingericht.
chemische industrie.