Transport - 2

Voorbeelden van een aantal vervoermiddelen, te land, te water, in de lucht

aak.Lange platte boot, waarop goederen vervoerd worden van de ene haven naar de andere. Lijst van schepen: Klik hier.
aanhangwagen. Kar die aan een auto of vrachtwagen vastgemaakt kan worden.
achtbaantrein.Treintje dat op de rails loopt van een achtbaan, waarin men met meer mensen tegelijk kan zitten.
ambulance. Ziekenauto, ziekenwagen. Auto met zwaailicht, waarmee zieke mensen snel vervoerd kunnen worden.
ar of arrenslee.Grote slee, soort open koets op glijders, die getrokken wordt door trekdieren zoals paarden, en rendieren.
asfaltmachine.Een zware machine die asfalt kan maken.
auto.Een vervoermiddel voor op de weg met meer dan twee wielen, waarin mensen vervoerd worden. Soorten: Klik hier.
autobus.Een groot voertuig voor op de weg, waarin veel mensen tegelijk vervoerd kunnen worden.
autoslaaptrein.Trein waarop je de auto kunt zetten. Zo kan men een lange reis maken. men kan slapen in de trein in een bed. En de auto reist mee.
autovrachtwagen.Vrachtwagen waarop auto’s worden vervoerd. Categorie:Vrachtwagen. Klik hier.
badboot.Een drijvend zwembad.
baggerschip.Zuiger, baggerzuiger. Vaartuig dat bagger, modder opzuigt om kanalen en sloten en andere stukken water dieper te maken.
bakkenzuiger.Soort van zandzuiger die ingericht is om bakken en beunschepen leeg te zuigen.
bakfiets.Fiets met drie wielen met een grote houten bak voorop, waarin men van alles kan meenemen.
bestelwagen.Een grote auto waarin bestellingen vervoerd worden.
betonmixer, cementwagen.Kan beton worden gemixt en vervoerd van de betonmortelcentrale naar de bouwplaats.
binnenvaartschip. Is een niet-zeewaardig vaartuig dat goederen en personen over de binnenwateren (zoals rivieren en kanalen) vervoert. Types: Klik hier.
bobslee.Lange, lage slee die men kan besturen.
bolderkar.Bolderwagen. Strandkar die getrokken wordt door mensen. Houten kar met handvat met vier grote brede wielen.
boldootwagen.Beerwagen. Vroeger, toen er nog geen wc’s waren, kwam er elke dag een kar langs de deuren van de huizen om alle emmers poep en pies op te halen.
boodschappenkar.Boodschappenwagen, winkelwagen. Metalen kar met stuurstang waarin men boodschappen kan doen in de supermarkt.
borstelwagen.Veegwagen met grote ronddraaiende borstels aan de onderkant om de straat mee schoon te maken.
botsauto.Kleine elektrische auto waarmee men op de kermis kan rondrijden op een rubberen baan. Het is een kermisattractie.
brancard.Draagbed of draagbaar om gewonden of zieken op te vervoeren naar het ziekenhuis.
bromfiets.Brommer, motorfiets. Een fiets met hulpmotor, lichte motorfiets.
buggy.Open auto met brede wielen die op het strand kan rijden. Vroeger verbouwden ze een Volkswagen Kever, bug (Engels). Daarom heet het een buggy.
bulldozer.Zware tractor op rupsbanden die grond kan verplaatsen.
busje. Minibus, waarin men met een gewoon rijbewijs 8 personen mee mag laten rijden.
cabrio.Cabriolet, auto met een dak dat men open kan doen.
camper.Grote vakantieauto en caravan tegelijk, waarin men kan rijden en in kan kamperen.
caravan.Soort vakantiehuis op wielen. Men maakt een caravan als een aanhanger vast aan de auto. Categorie:Caravan. Klik hier.
carnavalswagen.Praalwagen. Tijdens het carnavalsfeest rijdt deze wagen door de straten in de carnavalsoptocht.
catamaran.Dubbelboot. Boot met twee drijvers eronder.
containerschip.Groot schip waarop een heleboel containers passen. Containers zijn laadkisten.
cruiseschip.Groot luxe vakantieschip. Categorie:Cruiseschip. Klik hier.
damesfiets.Fiets met een lage instap, zonder fietsstang. Daardoor kunnen vrouwen gemakkelijk op hun fiets stappen. Soorten: Klik hier.
deltavlieger.Hangglijder, hangglider, parapente. Soort vlieger waaraan men kan hangen. Mensen zweven naar beneden.
driewieler.Kleine kinderfiets met drie wielen.
duikboot.Onderzeeër, onderzeeboot, u-boot. Dichte boot die onder water kan varen. Categorie:Onderzeeboot. Klik hier.
eenmotorig vliegtuig.Klein vliegtuig met één motor.
eenwieler.Soort circusfiets met één wiel, waarop artiesten allerlei kunstjes kunnen doen.
feestboot.Feestboot, partyboot, partyschip. Klein of groot schip waarop men een feest kan houden.
gastanker.Groot schip waarmee gas wordt vervoerd.
geldauto.Geldwagen. Kleine vrachtauto waarin geld van een bank of een ander bedrijf wordt vervoerd.
golf buggy.Elektrisch wagentje waarmee golfers over de golfbaan mogen rijden.
gondel.Boot die in Venetië gebruikt wordt. Een gondel is een lichte, lange boot, die door één persoon geroeid wordt. Een gondel heeft punten die omhoog lopen.
grasmaaier.Minitractor waarmee men gras kan maaien.
handkar.Tweewielig vervoermiddel dat door een persoon wordt voortbewogen.
heftruck.Vorkheftruck, vorklift. Wagen met metalen uitsteeksels die grote, zware kisten en pallets kan optillen.
helikopter.Hefschroefvliegtuig, wentelwiek. Vliegtuig met draaiende motorbladen op het dak. Categorie:Helikopter. Klik hier.
hijskraan.Kraan. Groot en hoog werktuig dat kan rijden. Met een hijskraan kan men grote en zware voorwerpen ophijsen.
hogesnelheidstrein.Flitstrein. Trein die heel snel rijdt. Wel 300 kilometer per uur. Trein die op een speciaal spoor rijdt.
hondenslee.Slee die getrokken wordt door honden.
hovercraft.Luchtkussenvoertuig. Een hovercraft zweeft vlak boven het water of het land. Op lucht. Het voertuig heeft geen wielen. Het rijdt en vaart heel snel.
hometrainer.Een fitnessapparaat waarop fietsbewegingen gemaakt kunnen worden om daarmee de lichamelijke conditie te verbeteren.
ijscowagen.IJscokar, ijswagentje. Auto met een vriezer erin, zodat de ijsman ijs kan verkopen op straat.
ijsbreker.Boot met een hele harde voorkant, zodat het ijs opengebroken kan worden.
ijsdweilmachine.Machine waarmee iemand de ijsbaan weer mooi glad maakt tijdens een schaatswedstrijd.
intercity.Intercitytrein, expres, exprestrein Trein die mensen van de ene stad naar de andere brengt.
jaagpaard.Jagerspaard. Paard dat vroeger de trekschuit door de kanalen trok.
jeep.Kleine, sterke legerauto waarin soldaten rijden. Zie ook militaire voertuigen. Klik hier.
jetski.Waterscooter. Soort scooter met waterski’s waarmee men op het water kan varen. Jetski’s maken heel veel lawaai.
kabelbaan.Kabelbaan, stoeltjeslift. Als je van een berg af wilt skiën, kan men met de kabelbaan omhoog.
kajak.Langwerpige, smalle boot voor één persoon. men moet peddelen met een peddel om vooruit te komen.
kar.Voertuig op twee wielen. Soorten. Klik hier.
kart.Wagentje voor kinderen op vier wielen met een stuur, waarbij men laag bij de grond zit. Met trappers of motor.
kinderwagen.Wagentje om kinderen die nog niet kunnen lopen, in rond te rijden. Baby’s kunnen er ook in liggen.
koelwagen.Gesloten vrachtwagen of treinwagon die van binnen een soort koelkast of vriezer is. Daarin worden etenswaren die kunnen bederven, vervoerd.
kruiwagen.Wagentje op drie wielen met twee handvatten, waarmee menzand en grond kan verplaatsen.
ladderwagen. De brandweerwagen met een uitschuifbare ladder op het dak. Soorten brandweerwagens. Klik hier.
landingsschip.Landingsvaartuig. Legerboot die gebruikt wordt om snel soldaten, voertuigen en voorraden aan land te kunnen zetten.
lichtschip.Een lichtbaken op volle zee, op de plaats waar een vuurtoren zou moeten zijn, maar waar de bouw hiervan niet mogelijk is.
lift.Hijstoestel dat mensen en goederen naar een bepaalde verdieping brengt.
ligfiets.Fiets waarop men zittend of liggend kan fietsen, met de benen recht vooruit.
lijkwagen.Auto, waarin lijken van overleden mensen die in een kist liggen, worden vervoerd.
locomotief.Voorste rijtuig van de trein, waar de motor in zit. De locomotief trekt de rest van de trein. Categorie:Locomotief. Klik hier.
loodsboot.Schip waarmee de loodsen aan en van boord van een groot schip gebracht en gehaald worden.
luchtballon.Grote ballon, die gevuld is met gas. De ballon kan opstijgen in de lucht. Onder een luchtballon zit een mand, waarin mensen kunnen staan.
luchtschip.Een bestuurbaar luchtvaartuig dat lichter is dan lucht.
maaidorser.Rijdende landbouwmachine die tegelijk graan maait en dorst.
maanwagen.Karretje dat van afstand bestuurbaar is en stenen kan verzamelen en foto’s kan maken op de maan.
magneezweefttrein.Zweeftrein. Trein die over een hoge betonnen rail rijdt. De beweegkracht is magnetisch.
metro.Metrotrein. Trein van een ondergrondse spoorweg.
moerasboot.Platte boot met sterke motor, waarmee men door het moeras kan varen.
motor.Zware motorfiets.
nachtbus.Bus die alleen ’s nachts rijdt.
nachttrein.Trein die ’s nachts rijdt met slaapgelegenheid.
oceaanstomer.Stoomschip dat op de oceanen vaart.
oorlogsschip.Schip dat speciaal gemaakt is om tijdens een oorlog te gebruiken. Soorten: Klik hier.
oplegger.Aanhangwagen zonder voorwielen. De oplegger steunt op een truck.
paardenkar.Paardenwagen. Wagen die door één of meer paarden getrokken wordt.
parachute.Valscherm. Uitklapbaar scherm dat een parachutist aan zichzelf heeft vastgemaakt.
pausmobiel.Wagen waar de paus in wordt rondgereden. De paus staat in de pausmobiel rechtop. En de auto is kogelvrij.
ponton.Vaartug dat gebruikt wordt als ondersteuning van een rijdende brug.
quad.Soort auto met een motorstuur, waarmee men op het strand kan rijden. Een quad heeft heel dikke wielen.
raceauto.Racewagen. Supersnelle auto, die speciaal gebouwd is om mee te doen aan autoraces.
raceboot.Speedboot, motorboot. Supersnelle boot die speciaal gebouwd is voor wedstrijden.
racefiets.Koersfiets. Hele lichte fiets, die gebouwd wordt voor wielerwedstrijden. Een racefiets heeft een speciaal stuur, knijpremmen en speciale versnellingen.
racemotor.Sportmotor. Motor die speciaal gebouwd is voor motorraces.
raderboot.Boot die vooruitkomt doordat er een soort waterrad achter de boot hangt.
raket.Toestel dat zichzelf kan voortbewegen. Alle ruimtevaartuigen worden aangedreven door raketten. We noemen dat ruimtevaartuig vaak de raket.
reddingsboot.Boot met sterke motor waarmee de reddingsbrigade de zee op gaat om mensen te redden, die te ver in zee zijn gegaan.
riksja.Karretje op twee wielen dat door één iemand getrokken wordt. Een soort looptaxi.
roeiboot.Kleine boot die men vooruit laat gaan door te roeien met roeiriemen die in een soort houder, een dol, zitten. Zie Categorie:Roeiboot (scheepstype). Klik hier.
rollator.Looprek op wielen met een handrem voor mensen die moeilijk kunnen lopen.
rolschaats.Schaats op wieltjes of rolletjes.
rolstoel. Invalidenwagentje. Soort stoel op wielen voor gehandicapte mensen of voor mensen met een gebroken been.
roltrap.Rollende trap om mensen naar boven en naar beneden te vervoeren. Roltrappen ziet men in grote winkels, op vliegvelden en in stations.
rouwwagen.Rouwauto. Lijkwagen. Wagen die gebruikt wordt om een overledene naar de begraafplaats of het crematorium te brengen.
rubberboot.Kleine opblaasboot van rubber.
rupsvoertuig.Voertuig op rupsbanden. Zie Categorie:Rupsbandvoertuig. Klik hier.
satelliet.Een object dat zich in een baan om een hemellichaam bevindt.
schaats.Schoen met een ijzer eronder, waarmee men over ijs kan glijden. Met schaatsen kan men schaatsen.
schoolbus.Bus die schoolkinderen ophaalt bij haltes en naar school brengt. Na schooltijd brengt de schoolbus de kinderen weer naar de haltes.
schip.Een vervoermiddel voor transport over wateroppervlakken. Soorten schepen: Klik hier
scooter.Motor voor één of twee personen met twee brede, kleine wielen.
scootmobiel.Soort elektrische scooter voor mensen die niet ver kunnen lopen. Een scootmobiel heeft drie of vier wielen.
skateboard.Schaatsplank. Een plank op twee keer twee wielen. Op een skateboard kan men staand rijden en men kan er ook allemaal kunstjes mee doen.
skeeler.Rollerskate, rollerblade, inlineskate, skate. Rolschaats met drie, vier of vijf wieltjes achter elkaar.
ski.Sneeuwschaats. Lange, smalle, platte, gladde houten plank met een omgebogen punt aan de voorkant.
slee.Voertuigje met metalen glijders eronder, zodat men op sneeuw en ijs kan glijden. Op een slee kan men meestal alleen of met z’n tweeën zitten.
sleepboot.Kleine, sterke motorboot die andere boten kan slepen.
snowboard.Soort surfplankje voor op sneeuw. Een brede gladde plank waar één binding op zit voor een snowboardschoen.
step.Autoped. Plank op twee kleine wielen met een stuur, al dan niet met motor.
surfplank.Plank al dan niet met een zeil waarmee men kan surfen of windsurfen.
takelwagen.Kraanwagen; bergingsvoertuig. Wagen met een takel erop. Met een takelwagen worden kapotte auto’s weggesleept.
tandem.Tweepersoonsfiets. De voorste fietser fietst en stuurt en remt. De achterste fietser fietst mee. Op een tandem kunnen blinde mensen toch fietsen.
tank.Legervoertuig op rupsbanden.
tanker.Schip dat heel veel olie tegelijk vervoert.
taxi.Auto met chauffeur die je brengt waar men naar toe wil. Dat kost geld.
tractor.Trekker. Vervoermiddel met grote banden en een zadel, waarmee de boer landbouwmachines over zijn land kan trekken.
tram.Elektrische wagen met bovenleiding die op rails rijdt. Een tram vervoert mensen in de grote stad. De tram stopt bij tramhaltes.
trein.Een reeks aan elkaar verbonden wagons rijdende op rails. Zie soorten. Klik hier.
trolleybus.Elektrische bus met bovenleiding die niet op rails, maar gewoon op de weg rijdt. Een trolleybus vervoert mensen in de grote stad.
tuktuk.Voertuig met een laadbak op drie wielen met een motor erin. De tuktuk ziet men veel in Azië.
tweedekker.Een vliegtuig met twee boven elkaar geplaatste vleugels. Zie Categorie:Luchtvaart. Klik hier.
veerboot.Veer, ferry, ferryboot, veerboot. Boot waarmee treinen, auto’s en vrachtwagens naar de overkant van het water gebracht kunnen worden.
veerpont.Pont, overzetboot, overzetschuit. Grote platte boot waarmee mensen en voertuigen naar de overkant van het water worden gebracht.
vissersboot.Vissersschuit, visschuit. Kleine boot waarmee vis wordt gevangen. Belgische vissersvloot. Klik hier.
vliegdekschip.Schip met een dek van waaruit vliegtuigen kunnen opstijgen en waarop ze kunnen landen. Categorie:Vliegdekschip naar land. Klik hier.
vliegtuig.Toestel, waarmee men kan vliegen.Categorie:Vliegtuig. Klik hier.
vlot. Plat vaartuig dat gemaakt is van elkaar vast getimmerde of vastgebonden planken of boomstammen, waarop men kan drijven.
vuilniswagen.Vuilniskar. Wagen waarmee vuilnis wordt opgehaald.
waterfiets.Een vaartuig dat een beetje op een fiets lijkt. men moet trappen om vooruit te komen.
waterski's.Ski’s voor op het water, die men aan de voeten kan doen, zodat men achter een snelle boot met een soort touw heel hard over het water kan skiën.
watertaxi.Taxi op het water. Bootje dat mensen van de ene plek naar de andere brengt over het water. Je moet voor de rit betalen, net als in een gewone taxi.
watervliegtuig. Vliegtuig met een soort waterski’s eronder. Een watervliegtuig kan opstijgen vanaf het water en kan ook op water landen. Categorie:Watervliegtuig. Klik hier.
weerschip.Schip dat ergens op zee ligt en allerlei informatie over het weer voor de luchtvaart verzamelt en doorstuurt.
woonwagen.Pipowagen. Wagen waar men in kan wonen.
zandgraver.Shovel. Grote werkauto met een grijparm die zand en grond kan verplaatsen.
zeilschip.Schip dat vaart door middel van zeilen. Categorie:Zeilschip. Klik hier.
zeilwagen.Wagen die rijst door middel van zeilen.
zonnewagen.Auto die rijdt op zonne-energie.
zweefvliegtuig.Vliegtuig zonder motor dat op de luchtstromingen zweeft. Categorie:Zweefvliegtuig. Klik hier

Bestudeer eerst bovenstaande cursus.
IN ONDERSTAANDE GEGEVENS STAAN ER VAAK HYPERLINKS. KLIK ER OP EN LEES OOK DIE TEKSTEN.
ER WORDEN DAAR VRAGEN OVER GESTELD.

Combineer een element links met een element rechts. Je kan selecteren uit het uitrolmenu.
ALLES VERWERKT? KLIK DAN PAS OP DE TOETS CONTROLEER.

MEN KAN DE OEFENING OOK OPNIEUW MAKEN, DOOR MET DE RECHTERMUISTOETS OP HET SCHERM TE KLIKKEN EN DAN, ALS HET WOORD BESTAAT, IN HET GEOPENDE VENSTER TE KLIKKEN OP "VERNIEUWEN"
*
Lange platte boot, waarop goederen vervoerd worden van de ene haven naar de andere.
*
Een drijvend zwembad.
*
Een carrosserievorm voor een auto en vernoemd naar een open rijtuig.
De uitvoering is voorzien van een inklapbaar (opvouwbaar) dak.
Ook de Engelse term convertible wordt in Nederland wel gebruikt.
*
Fiets met een lage instap, zonder fietsstang.
Daardoor kunnen vrouwen gemakkelijk op hun fiets stappen.
*
Klein vliegtuig met één motor.
*
Klein of groot schip waarop je een feest kunt houden.
*
Groot schip waarmee gas wordt vervoerd.
*
Een tweewielig vervoermiddel dat door een persoon wordt voortbewogen.
*
Een auto waaruit ijs verkocht wordt door een ijsverkoper of ijscoman.
*
Een treinsoort die een snelle verbinding vormt tussen grotere steden en in principe
slechts op de grote, belangrijke stations stopt.
*
Wagen met metalen uitsteeksels die grote, zware kisten en pallets kan optillen.
*
Paard dat vroeger de trekschuit door de kanalen trok.
*
Als je van een berg af wilt skiën, kun je met de stoeltjeslift omhoog.

*
Een brandweervoertuig dat uitgerust is met een uitschuifbare
en draaibare ladder van doorgaans ongeveer 30 meter lengte.
*
Rijdende landbouwmachine die tegelijk graan maait en dorst.
*
Bus die 's nachts rijdt, voornamelijk om mensen die laat uit geweest zijn
('stappers') naar huis te brengen.

*
Een wagen voor lokaal openbaar vervoer. Hij rijdt op een gewoon wegdek,
dus niet op rails, en wordt voortgetrokken door een of meer paarden.

*
Soort auto met een motorstuur, waarmee je op het strand kunt rijden. Een quad heeft heel dikke wielen.

*
Een auto die is uitgerust voor het beoefenen van autosport.
Doorgaans zijn deze auto's zeer kostbaar, vanwege de geavanceerde
en hoogstaande technologische materialen die de auto kan bevatten.
*
Een object dat zich in een baan om een hemellichaam bevindt en kan zowel een
natuurlijke maan zijn of ook een onbemand toestel dat door de mens gebouwd
en in de ruimte gebracht werd.
*
Een auto, vrachtauto of rupsvoertuig die of dat wordt ingezet om andere voertuigen te bergen.
*
Boot waarmee treinen, auto’s en vrachtwagens naar de overkant van het water
gebracht kunnen worden.
*
Een vaartuig voor voornamelijk recreatief gebruik. Een inzittende zorgt
voor de aandrijving door middel van het trappen op pedalen.

*
Een machine die onder andere gebruikt wordt bij het grondverzet.
*
Een wagen die achter een voertuig kan worden gekoppeld aan de trekhaak.

*
Een schip dat speciaal ontworpen is om materiaal (zand, klei, rots) van de zee-, rivier-
of meerbodem op te nemen en op een andere plaats te dumpen, ook wel baggeren

.
*
Een motorvoertuig, dat is ingericht om in te overnachten en te verblijven.
*
Soort vlieger waaraan je kunt hangen.
*
Soort circusfiets met één wiel.

*
Vrachtauto waarmee geld en andere kostbare documenten worden vervoerd.
*
Een vliegtuig met één (of twee) grote rotor(en) met een verticale as.
*
Een toestel dat zich zwevend door de lucht verplaatst zonder gebruik van een motor.

*
Een auto die zonne-energie als krachtbron gebruikt.

*
Een voertuig op wielen, enkel aangedreven door de wind in een zeil en bestuurd door een piloot.
*
Een woning op wielen.

*
Een schip dat op een bepaalde positie lag op de oceaan voor dienstverlening
aanovervliegend luchtverkeer en waar meteorologische en oceanografische
metingen werden uitgevoerd.
*
Een vliegtuig dat kan landen op het water.

*
Een taxivaartuig voor het vervoer van personen over water.
*
Twee latten op het water voortgetrokken door een boot.
*
Een vrachtwagen die gebruikt wordt om afval in te zamelen bij bedrijven en huishoudens (huisvuil).
*
Plat vaartuig dat gemaakt is van elkaar vast getimmerde of vastgebonden
planken of boomstammen, waarop men kan drijven.

*
Een luchtvaartuig dat een hogere dichtheid heeft dan lucht en in
staat is een gecontroleerde vlucht te maken.
*
Een vaartuig dat is ingericht voor het vervoer, onderhoud en gebruik van vliegtuigen.
*
Kleine boot waarmee vis wordt gevangen.
*
Een vaartuig waarmee een verbinding over water wordt onderhouden.

*
Een vliegtuig met twee boven elkaar geplaatste vleugels.
*
Een in Aziatische landen en vooral in Thailand veelvoorkomend openbaarvervoermiddel.

*
Een door elektromotoren aangedreven bus die van spanning voorzien
wordt met behulp van een tweedraads bovenleiding.
*
Een reeks aan elkaar verbonden wagons rijdende op rails.
*
Elektrische wagen met bovenleiding die op rails rijdt.